De boekenkast is bijna essentieel voor een studeerkamer. Je boeken zijn dan (bijna) binnen handbereik, zodat je ook elk moment snel even iets kunt raadplegen. Of als je nog iets moet leren, dan wil je liever ook niet al te lang bezig zijn met zoeken. Idealiter is zo’n boekenkast of vlak naast je, of vlak achter je, wat je vaak bij advocaten schijnt te zijn. Claire van Kampen in Gooische Vrouwen spant de kroon, maar er zijn natuurlijk ook advocaten die niet per se aan deze regel hoeven te doen.
De boekenkast deed haar intrede ten tijde van de Rococo, of ook wel in de tijd van Lodewijk de 15e, of zoals de Fransen zeggen: Louis Quinze. Dat was de tijd dat het voor de aristocratie in was om een bibliotheek bij te houden. Vaak was dat een kamer met een gigantische verzameling boeken, wat bedoeld was om de mannelijke bezoekers te amuseren, net zoals wij tegenwoordig onze verzamelijk postzegels, suikerzakjes of kunst laten zien.
De simpelste vorm van boekenkast is misschien wel de boekenplank: een plankje hout (of meerdere) die met wat haakjes aan de muur is geschroefd, zodat het kan hangen, en dan hopen dat ie het houdt. Gaat meestal wel goed, afhankelijk van de materiaal waar je muur van is gemaakt. Simpele muren van gips zijn lekker makkelijk, maar o wee als je je plank te zwaar maakt! Bakstenen muren worden niet meer voor huizen gemaakt (tenzij je een paar oude grachtenpanden annexeert), en naast baksteen heb je natuurlijk ook beton. Zorg ervoor dat je een goede klopboor hebt (zie mijn blog voor boor tips), maar anders is het wel te doen.