Pleisteren is een vorm van interieur decoratie die door de eeuwen heen is gebruikt om niet alleen een mooie afwerking van de binnenkant te maken, maar vooral om een sfeer te kunnen creëren waarbij men zich ook echt thuis voelt.
Op deze pagina lees je wat meer over wat pleisteren is en hoe je het ook zelf thuis sierpleister op de muren kan aanbrengen, met enkele tips!
Een stenen of betonnen muur gewoon te schilderen kan nogal hard en koud aanvoelen, vaak geeft het een armoedige indruk. Als aankleding daarvan wordt er daarom vaak voor gekozen om zo’n muur te pleisteren.
Met een pleisterlaag krijgt de muur een rijkere uitstraling die ook wat aangenamer aanvoelt.
Wat is pleisteren eigenlijk?
Pleisterwerk heeft vooral de kenmerk dat het een bepaalde structuur aan de muur geeft: het kunnen de zogenaamde spikkeltjes zijn (ook wel bekend als spachtelputz), of bepaalde groeven of putjes. Granol was in de jaren ’80 een erg bekende vorm met de structuur dat erg leek op een boomschors. De structuur die de pleisterlaag heeft, geeft ook rust, want je hoeft je dan niet te concentreren op een vast patroon, waar mensen onrustig van kunnen worden, omdat het vellen van een oordeel hierover vrij dwingend kan zijn. Dat heb je overigens met veel dingen waar meerdere dezelfde van zijn.
In ieder geval komt er zo ook nog een stukje natuur terug in het interieur, hetzij in een heel subtiele manier, namelijk vanwege de willekeurigheid.
Er bestaan verschillende soorten sierpleister zoals bijvoorbeeld spachtelputz (met vele varianten als rustiekputz of marmerputz, waar stukjes marmer in zitten) of de eerder genoemde granol. Sommige soorten sierpleister kunnen een aparte manier hebben van aanbrengen, maar in hoofdlijnen gaan alle soorten van pleisteren op ongeveer dezelfde manier. Als je een huurwoning hebt, moet je er trouwens op letten dat de korrels niet groter zijn dan 2 mm en wordt er altijd aangeraden om rekening te houden met een volgende huurder. Een groffe structuur is immers heel erg bepalend voor de sfeer van je interieur, en niet iedereen vindt het even mooi. Snap je?
De voorbereiding
Met pleisteren is het de bedoeling om hier goed op voorbereid te zijn, want hier komt aardig wat bij kijken: zorg ervoor dat de kamer
helemaal leeg is en de vloeren goed afgedekt en afgeplakt met stug karton, zodat je geen restjes mortel van de grond hoeft te rapen danwel te krabben.
Ook omringende muren moeten worden afgeplakt, zodat je één muur tegelijk doet.
Het aanbrengen van de pleisterlaag kan vrij zwaar zijn, en heeft ook hier als regel: geduld is een schone zaak. Niet te gehaast bezig zijn, hoe graag je ook wilt dat het snel
klaar is, want anders hou je altijd plekjes over die je over het hoofd hebt gezien. Dat merk je altijd pas achteraf, als het eigenlijk al te laat is!
Goed, laten we eerst beginnen met de materialen die je nodighebt voor het pleisteren:
– vulmiddel (om gaatjes en oneffenheden op te vullen)
– Plamuurmes (idem dito)
– kwartsverf (als voorstrijk voor betere hechting)
– verfroller (om kwartsverf aan te brengen)
– telescoopsteel (zodat je overal bij kunt)
– grote mixer (om pleistermortel te mengen)
– schone kuip (voor het pleistermortel zelf)
– rei of rechte houten lat (om er zeker van te zijn dat alles recht is)
– troffel (om pleister op het oplegbord of pleisterspaan te doen)
– oplegbord
– pleisterspaan (om pleister aan te brengen)
– en natuurlijk pleistermortel zelf.
De meeste benodigdheden kun je online bestellen op Bestel-verf.nl of gewoon te koop bij de ijzerwinkel om de hoek.
Pleisteren: aan de slag!
Begin eerst met het opvullen van oneffenheden. Denk bijvoorbeeld aan boorgaatjes van het verleden of enkele gaatjes in het beton die tijdens het bouwen van het huis erin zijn geslopen. Gaat natuurlijk niet op bij muren van oudere huizen die nog geen beton kenden, maar dat snap je denk ik ook wel.
Vervolgens kun je de wanden gaan voorstrijken.
Het aanbrengen van de voorstrijk gaat precies hetzelfde als schilderen: overal gelijkmatig aanbrengen met de verfroller, zodat de sierpleister zich beter hecht.
Met een sneldrogende kwartsverf kun je al een uur later beginnen met pleisteren: maak het pleistermortel klaar zoals op de aanwijzing staat: vaak een kwestie van mengen
van de juiste verhouding. Een goede boor met mengstaaf kan heel goed helpen hierbij. Zet de boor op een langzame stand, zodat je de boel nog enigszins in de hand blijft. Als alles goed gemengd is, kun je beginnen.
Doe wat pleistermortel op je oplegbord en schuif met met de pleisterspaan op de muur. Hou het oplegbord eronder, zodat je het een en ander op kan vangen.
Ben je rechtshandig, dan kun je van links naar rechts gaan. Ben je linkshandig, dan is het omgekeerde misschien wat handiger. Als je de hele muur hebt gedaan, kun je alles met een rei gelijktrekken. Daarna kun je gaan schuren. Het schuren kan op verschillende manieren gebeuren: of met een spons, of met de pleisterspaan, afhankelijk van de soort sierpleister die je gebruikt. Met spachtelputz moet je bijvoorbeeld de spaan gebruiken. Als je alles hebt losgemaakt, kan het gaan drogen, zodat je een muur hebt met een mooie structuur.
Deze kun je gewoon met latexverf naar gewenste kleur overschilderen als het moet.
Zoals je ziet, heeft het best wel wat voeten in de aarde en moet je er best wat tijd voor nemen. Resultaat is echter dat je een veel mooie, afgewerkte interieur met sfeer hebt!
